De sluis

zaterdag 04-08 2007 ==> Tessa gaat klimmen <==

Ik moet er vandaag vroeg uit. Tessa heeft een afspraak om 09.00 uur bij de klimwand in Nieuwegein. Om 08.07 sta ik na een korte nacht op. Vermoeid ga ik naar beneden. Oma zit al aan de tafel een boek te lezen. Na een korte begroeting, begin ik met mijn ochtend ritueel, water drinken en te eten maken. Om 08.30 sta ik gereed om te vertrekken. Ik zit op Tessa te wachten, ze loopt nog als een kip zonder kop rond. Ik wacht geduldig, want Tessa moet op die manier haar draait zien te vinden. Haar sokken liggen op tafel dus ik zeg doe die maar aan dan kan je ze niet vergeten. Eindelijk heef ze die na een tijdje gevonden en kunnen we eindelijk weg. Ik loop gelijk naar de auto want ik ben gereed. Tessa loopt op haar gemak de garage in om …… haar schoenen aan te doen. Na een tijdje steekt haar leuke kopje buiten de deur en ze kijkt me aan. Ik wacht tot er actie komt en na wat aarzelingen stapt ze in. Ik start de MB en we rijden rustig richting Nieuwegein. Zonder na te denken rijdt ik de kortste weg richting NG. Uit mijn ooghoeken zie ik wel het grote gele bord met zwarte letters, maar trek me daarvan niets aan. Na 500 meter duikt voor me op de weg een blokkade op die de weg afsluit. Ik rem af en draai terug naar de rondweg. Tessa vraagt aan mij waarom ik terug rijd en of ik soms iets vergeten ben. Ik rijdt de rondweg op richting A27 en ze kikt me verwonderd aan. Heb je soms die grote gele borden met zwarte letter niet gezien vraag ik. Ze kijk me verwonderd aan. Ik kijk alleen maar naar de natuur zegt ze en let verders nergens op. Het is handig om alle borden op de weg te bekijken zodat je weet wat er komen gaat zeg ik. Op die borden staat informatie op die voor ons van belang kan zijn. Tessa Het is daarna stil in de auto en geluidloos rijden we richting Nieuwegein. Daar aangekomen zet ik de auto om 08.45 uur op de parkeerplaats voor het klimgebouw. Ga even kijken naar de openingtijden zeg ik, en Tessa gaat aarzelend richting voordeur van de klimhal. Ze komt terug en zegt dat het, omdat het zomertijd is het klimmen, om 11.00 uur begint. Ik zak teleurgesteld onderuit in mijn stoel, en zit zo een tijdje te mokken. Ik bedenk of ze dat niet eerder had kunnen weten. Zij heeft tenslotte de afspraak telefonisch gemaakt. Ik ga opdat moment even als Joyce denken, en vraag mezelf af of ik iets vergeten ben waardoor dit fout gelopen is. De geijkte kreet van Joyce is altijd “heb je het ook tegen haar gezegd”. Ik bedenk me dan dat ik wat beter bij de klimmaatschappij had moet informeren hoe het werkt. Na een kwartier te hebben gezeten vraag ik aan Tessa wat we nu gaan doen. Ik doe net alsof het haar schuld is dat we hier twee uur staan te wachten. We kunnen gaat wandelen is haar antwoord, en op zicht is dat heel leuk, maar ik vraag me dan af of ze na die twee uur wandelen nog een uur kan klimmen. Ook dat vraag ik niet aan haar maar geef als antwoord ik ga niet twee uur wandelen dat doe ik niet. Kun je iets anders verzinnen. Ze draai haar stoel in ligstand en gaat onderuit liggen. Na een tijdje wordt ze dat waarschijnlijk beu en zet haar stoel weer recht. Op dat moment vraag of ze al iets bedacht heeft. Ze kijkt me met een geslaagde hondenblik aan. Als jij niets kan verzinnen dan doe ik het wel. En zonder haar te informeren wat ik ga doen vertrek ik. We rijden de weg terug zoals we gekomen zijn. En bij de sluizen van Nieuwegein zet ik de auto op een parallelweg vlak bij de sluis. Tessa kijkt me aan met die grote bruine ogen als ”wat gaan we doen”, en ik zeg dat ze uit moet stappen. Samen lopen we naar de sluis. Deze ligt hoog op een dijk, en een steile trap leid ons naar boven. Boven aangekomen zien we een parkeerplaats en het gebouw van ministerie van verkeer en waterstaat. We lopen naar het einde van de weg. De weg maakt daar een bocht en gaat dan over het water heen. We lopen deze burg op en kijken over het water de sluis in. De deur staat open en er varen net nieuwe schepen in. Deze schepen meren zich aan de zijkant van de sluit leg ik Tessa uit. Er varen drie schepen in de sluis, gaan vervolgens naar de kant toe en meren zich aan. Als de sluis vol is, horen we een geluid en de achterste sluisdeur begint langzaam te zakken. Als de sluisdeur helemaal dicht is zien we bij de voorste sluisdeur water opwellen. Het lijkt alsof er met grote kracht water uit de sluis gepompt wordt. Wat Tessa niet weet is dat er hydraulische kleppen in de voorste sluisdeur zitten die open gaan als de achterste sluisdeur dicht is, zo gaat het water uit de sluis. Het water in de sluis gaat langzaam naar het lagergedeelte van de rivier of kanaal. De schepen zien we zakken in de sluis. Voor en achter op de schepen zijn mensen bezig de touwen te vieren waarmee de schepen vastzitten aan de kade. Het wellen van het water begint langzaam te verminderen, totdat het geheel stopt. Er volgt weer een geluid en de voorste deur wordt langzaam geopend. Al snel is de deur in de bovenste stand en er klinkt een bel. Je ziet dat de schepen hun motoren gestart hebben. Langzaam vaart het eerste schip de sluis uit. Al snel volgen de andere twee. De deur blijft hangen leg ik Tessa uit, totdat er genoeg schepen zijn om deze kant te vullen. In de tweede sluis begint het vullen met schepen.

Bij ons vaart een heel groot cruise schip de sluis binnen. Een paar dames zoeken snel onderdak want de sluisdeur lekt water. Dat is best wel een grappig gezicht hoe twee zonnebadende dames met zwabberende borsten zich tegen water willen beschermen. De sluis begint zich te vullen. Tessa en ik lopen naar de achterste sluisdeur. Het water is daar hoger dan aan de andere kant. Als de sluis vol is leg ik uit dan sluit de voorste deur en dan gaan de hydraulische kleppen open en vult de sluis zich met water. Ik wijs ondertussen de hydraulische kleppen op de sluisdeur aan. Op de stang van de hydraulische klep zitten twee ringen. Als de bovenste ring niet meer zichtbaar is dan zijn de kleppen helemaal open zeg ik tegen Tessa. Ze kijkt naar het water en zegt je hebt gelijk Pa ik zie het water aan deze kant al zakken. Ik schiet in de lach en zeg, dat lijk me vreemd want dit water loopt tot aan de ze en wordt goed gevuld. Maar ergens heeft ze wel gelijk want door het vullen ontstaat stroming en zakt op dat moment toch het water en lijkt de rivier schuin te lopen. Langzaam loopt de sluis vol. Je ziet het cruise schip omhoog komen. Er klink weer een bel en de achterste schuifdeur gaat langzaam open. Al snel is hij boven in top en er klink weer een bel. De verkeerslichten staan op rood voor de binnenvarende schepen. Het cruise schip zet zijn motoren aan en de boegschroeven zorgen ervoor dat het schip van de kant komt. Langzaam vaart het schip uit de sluis. De rest volgt al snel en na een tijdje is de gehele sluis leeg. Het verkeerslicht sprint op groen. In de verte zien we een heel groot schip naderen. Deze vaart tot de voordeur en meert aan. Zo gaat het de gehele dag door leg ik Tessa uit.

We kijken op onze telefoons en zien dat het tijd wordt om naar de klimhal te rijden. We lopen rond het gebouw en gaan weer via de trap naar beneden. Beneden aangekomen voel ik een dringende drang en ik zoek een plekje om te plassen. Ik zie de viaduct en loop er naar toe. Wat ga je doen Pa zegt Tessa, ik moet nodig zeg ik, en samen lopen we naar het viaduct. Tessa klimt op de want die het viaduct ondersteun en ik laat een plasje vallen. Het is best moeilijk om op de want te komen zegt Tessa want er ligt een sloot voor de want legt ze uit. Als een behendige haas sprint ze over de sloot. Samen lopen we naar de MB en verplaatsen ons richting klimwant. In Nieuwegein aangekomen staat de deur van het gebouw open. Tessa ziet dat als eerste en zegt de deur is al open Pa. Ik kijk op de klok en het is 10.50 uur, en zeg tegen Tessa ga maar even kijken. Ze loopt aarzelend richting deur.

Vandaag ==> 30-12-2021